dutch@2Samuel:5:17 @ Als nu de Filistijnen hoorden, dat zij David ten koning over Israel gezalfd hadden, zo togen alle Filistijnen op om David te zoeken; en David, dat horende, toogaf, naar den burg.
dutch@2Samuel:5:18 @ En de Filistijnen kwamen en verspreidden zich in het dal Refaim.
dutch@2Samuel:5:19 @ Zo vraagde David den HEERE, zeggende: Zal ik optrekken tegen de Filistijnen? Zult Gij ze in mijn hand geven? En de HEERE zeide tot David: Trek op, wantIk zal de Filistijnen zekerlijk in uw hand geven.
dutch@2Samuel:5:20 @ Toen kwam David te Baal-Perazim; en David sloeg hen aldaar, en zeide: De HEERE heeft mijn vijanden voor mijn aangezicht gescheurd, als een scheur derwateren; daarom noemde hij den naam derzelve plaats, Baal-Perazim.
dutch@2Samuel:5:21 @ En zij lieten hun afgoden aldaar; en David en zijn mannen namen ze op.
dutch@2Samuel:5:22 @ Daarna togen de Filistijnen weder op; en zij verspreidden zich in het dal Refaim.
dutch@2Samuel:5:23 @ En David vraagde den HEERE, Dewelke zeide: Gij zult niet optrekken; maar trek om tot achter hen, dat gij aan hen komt van tegenover de moerbezienbomen;
dutch@2Samuel:5:24 @ En het geschiede, als gij hoort het geruis van een gang in de toppen der moerbezienbomen, dan rep u; want alsdan is de HEERE voor uw aangezicht uitgegaan,om het heirleger der Filistijnen te slaan.
dutch@2Samuel:5:25 @ En David deed alzo, gelijk als de HEERE hem geboden had; en hij sloeg de Filistijnen van Geba af, totdat gij komt te Gezer.
Close Tab