2Chronicles:18:1-27
dutch@2Chronicles:18:1 @ En zijn zoon Josafat werd koning in zijn plaats, en hij sterkte zich tegen Israel.
dutch@2Chronicles:18:2 @ En hij legde krijgsvolk in alle vaste steden van Juda, en legde bezettingen in het land van Juda, en in de steden van Efraim, die zijn vader Asa ingenomen had.
dutch@2Chronicles:18:3 @ En de HEERE was met Josafat; want hij wandelde in de vorige wegen zijns vaders Davids, en zocht de Baals niet.
dutch@2Chronicles:18:4 @ Maar hij zocht den God zijns vaders, en wandelde in Zijn geboden, en niet naar het doen van Israel.
dutch@2Chronicles:18:5 @ En de HEERE bevestigde het koninkrijk in zijn hand, en gans Juda gaf Josafat geschenken; en hij had rijkdom en eer in menigte.
dutch@2Chronicles:18:6 @ En zijn hart verhief zich in de wegen des HEEREN; en hij nam verder de hoogten en de bossen uit Juda weg.
dutch@2Chronicles:18:7 @ In het derde jaar nu zijner regering zond hij tot zijn vorsten, tot Ben-chail, en tot Obadja, en tot Zecharja, en tot Nathaneel, en tot Michaja, opdat men zou leren in desteden van Juda.
dutch@2Chronicles:18:8 @ En met hen de Levieten, Semaja en Nethanja, en Zebadja, en Asael, en Semiramoth, en Jonathan, en Adonia, en Tobia, en Tob-Adonia de Levieten, en met hen depriesters Elisama en Joram.
dutch@2Chronicles:18:9 @ En zij leerden in Juda, en het wetboek des HEEREN was bij hen; en zij gingen rondom in alle steden van Juda, en leerden onder het volk.
dutch@2Chronicles:18:10 @ En een verschrikking des HEEREN werd over alle koninkrijken der landen, die rondom Juda waren, dat zij niet krijgden tegen Josafat.
dutch@2Chronicles:18:11 @ En van de Filistijnen brachten zij Josafat geschenken met het opgelegde geld; ook brachten hem de Arabieren klein vee, zeven duizend en zevenhonderd rammen, enzeven duizend en zevenhonderd bokken.
dutch@2Chronicles:18:12 @ Alzo nam Josafat toe, en werd ten hoogste groot; daartoe bouwde hij in Juda burchten en schatsteden.
dutch@2Chronicles:18:13 @ En hij had veel werks in de steden van Juda, en krijgslieden, kloeke helden in Jeruzalem.
dutch@2Chronicles:18:14 @ Dit nu is hun telling, naar de huizen hunner vaderen. In Juda waren oversten der duizenden: Adna de overste, en met hem waren driehonderd duizend kloeke helden.
dutch@2Chronicles:18:15 @ Naast hem nu was de overste Johanan; en met hem waren tweehonderd tachtig duizend;
dutch@2Chronicles:18:16 @ En naast hem was Amasia, de zoon van Zichri, die zich vrijwillig den HEERE overgegeven had; en met hem waren tweehonderd duizend kloeke helden.
dutch@2Chronicles:18:17 @ En uit Benjamin was Eljada, een kloek held; en met hem tweehonderd duizend, die met boog en schild gewapend waren.
dutch@2Chronicles:18:18 @ En naast hem was Jozabad; en met hem waren honderd en tachtig duizend, ten krijge toegerust.
dutch@2Chronicles:18:19 @ Dezen waren in den dienst des konings; behalve degenen, die de koning in de vaste steden door gans Juda gezet had. 2 Kronieken 18