dutch - 2Thessalonians:3:6-15

dutch@2Thessalonians:3:6 @ En wij bevelen u, broeders, in den Naam van onzen Heere Jezus Christus, dat gij u onttrekt van een iegelijk broeder, die ongeregeld wandelt, en niet naar deinzetting, die hij van ons ontvangen heeft.

dutch@2Thessalonians:3:7 @ Want gijzelven weet, hoe men ons behoort na te volgen; want wij hebben ons niet ongeregeld gedragen onder u;

dutch@2Thessalonians:3:8 @ En wij hebben geen brood bij iemand gegeten voor niet, maar in arbeid en moeite, nacht en dag werkende, opdat wij niet iemand van u zouden lastig zijn;

dutch@2Thessalonians:3:9 @ Niet, dat wij de macht niet hebben, maar opdat wij onszelven u geven zouden tot een voorbeeld, om ons na te volgen.

dutch@2Thessalonians:3:10 @ Want ook toen wij bij u waren, hebben wij u dit bevolen, dat, zo iemand niet wil werken, hij ook niet ete.

dutch@2Thessalonians:3:11 @ Want wij horen, dat sommigen onder u ongeregeld wandelen, niet werkende, maar ijdele dingen doende.

dutch@2Thessalonians:3:12 @ Doch de zodanigen bevelen en vermanen wij door onzen Heere Jezus Christus, dat zij met stilheid werkende, hun eigen brood eten.

dutch@2Thessalonians:3:13 @ En gij, broeders, vertraagt niet in goed te doen.

dutch@2Thessalonians:3:14 @ Maar indien iemand ons woord, door deze brief geschreven, niet gehoorzaam is, tekent dien; en vermengt u niet met hem, opdat hij beschaamd worde;

dutch@2Thessalonians:3:15 @ En houdt hem niet als een vijand, maar vermaant hem als een broeder.