Job:12-14




dutch@Job:12:1 @ Maar Job antwoordde en zeide:

dutch@Job:12:2 @ Trouwens, omdat gijlieden het volk zijt, zo zal de wijsheid met ulieden sterven!

dutch@Job:12:3 @ Ik heb ook een hart even als gijlieden, ik zwicht niet voor u; en bij wien zijn niet dergelijke dingen?

dutch@Job:12:4 @ Ik ben het, die zijn vriend een spot is, maar roepende tot God, Die hem verhoort; de rechtvaardige en oprechte is een spot.

dutch@Job:12:5 @ Hij is een verachte fakkel, naar de mening desgenen, die gerust is; hij is gereed met den voet te struikelen.

dutch@Job:12:6 @ De tenten der verwoesters hebben rust, en die Gode tergen, hebben verzekerdheden, om hetgene God met Zijn hand toebrengt.

dutch@Job:12:7 @ En waarlijk, vraag toch de beesten, en elkeen van die zal het u leren; en het gevogelte des hemels, dat zal het u te kennen geven.

dutch@Job:12:8 @ Of spreek tot de aarde, en zij zal het u leren; ook zullen het u de vissen der zee vertellen.

dutch@Job:12:9 @ Wie weet niet uit alle deze, dat de hand des HEEREN dit doet?

dutch@Job:12:10 @ In Wiens hand de ziel is van al wat leeft, en de geest van alle vlees des mensen.

dutch@Job:12:11 @ Zal niet het oor de woorden proeven, gelijk het gehemelte voor zich de spijze smaakt?

dutch@Job:12:12 @ In de stokouden is de wijsheid, en in de langheid der dagen het verstand.

dutch@Job:12:13 @ Bij Hem is wijsheid en macht; Hij heeft raad en verstand.

dutch@Job:12:14 @ Ziet, Hij breekt af, en het zal niet herbouwd worden; Hij besluit iemand, en er zal niet opengedaan worden.

dutch@Job:12:15 @ Ziet, Hij houdt de wateren op, en zij drogen uit; ook laat Hij ze uit, en zij keren de aarde om.

dutch@Job:12:16 @ Bij Hem is kracht en wijsheid; Zijns is de dwalende, en die doet dwalen.

dutch@Job:12:17 @ Hij voert de raadsheren beroofd weg, en de rechters maakt Hij uitzinnig,

dutch@Job:12:18 @ Den band der koningen maakt Hij los, en Hij bindt den gordel aan hun lenden.

dutch@Job:12:19 @ Hij voert de oversten beroofd weg, en de machtigen keert Hij om.

dutch@Job:12:20 @ Hij beneemt den getrouwen de spraak, en der ouden oordeel neemt Hij weg.

dutch@Job:12:21 @ Hij giet verachting over de prinsen uit, en Hij verslapt den riem der geweldigen.

dutch@Job:12:22 @ Hij openbaart de diepten uit de duisternis, en des doods schaduwe brengt Hij voort in het licht.

dutch@Job:12:23 @ Hij vermenigvuldigt de volken, en verderft ze; Hij breidt de volken uit, en leidt ze.

dutch@Job:12:24 @ Hij neemt het hart van de hoofden des volks der aarde weg, en doet hen dwalen in het woeste, waar geen weg is.

dutch@Job:12:25 @ Zij tasten in de duisternis, waar geen licht is; en Hij doet hen dwalen, als een dronkaard.

dutch@Job:13:1 @ Ziet, dat alles heeft mijn oog gezien, mijn oor gehoord en verstaan.

dutch@Job:13:2 @ Gelijk gijlieden het weet, weet ik het ook; ik zwicht niet voor u.

dutch@Job:13:3 @ Maar ik zal tot den Almachtige spreken, en ben belust mij te verdedigen voor God.

dutch@Job:13:4 @ Want gewisselijk, gij zijt leugenstoffeerders; gij allen zijt nietige medicijnmeesters.

dutch@Job:13:5 @ Och, of gij gans stilzweegt! Dat zou ulieden voor wijsheid wezen.

dutch@Job:13:6 @ Hoort toch mijn verdediging, en merkt op de twistingen mijner lippen.

dutch@Job:13:7 @ Zult gij voor God onrecht spreken, en zult gij voor Hem bedriegerij spreken?

dutch@Job:13:8 @ Zult gij Zijn aangezicht aannemen? Zult gij voor God twisten?

dutch@Job:13:9 @ Zal het goed zijn, als Hij u zal onderzoeken? Zult gij met Hem spotten, gelijk men met een mens spot?

dutch@Job:13:10 @ Hij zal u gewisselijk bestraffen, zo gij in het verborgene het aangezicht aanneemt.

dutch@Job:13:11 @ Zal u niet Zijn hoogheid verschrikken, en Zijn vreze over u vallen?

dutch@Job:13:12 @ Uw gedachtenissen zijn gelijk as, uw hoogten als hoogten van leem.

dutch@Job:13:13 @ Houdt stil van mij, opdat ik spreke, en er ga over mij, wat het zij.

dutch@Job:13:14 @ Waarom zou ik mijn vlees in mijn tanden nemen, en mijn ziel in mijn hand stellen?

dutch@Job:13:15 @ Ziet, zo Hij mij doodde, zou ik niet hopen? Evenwel zal ik mijn wegen voor Zijn aangezicht verdedigen.

dutch@Job:13:16 @ Ook zal Hij mij tot zaligheid zijn; maar een huichelaar zal voor Zijn aangezicht niet komen.

dutch@Job:13:17 @ Hoort naarstiglijk mijn rede, en mijn aanwijzing met uw oren.

dutch@Job:13:18 @ Ziet nu, ik heb het recht ordentelijk gesteld; ik weet, dat ik rechtvaardig zal verklaard worden.

dutch@Job:13:19 @ Wie is hij, die met mij twist? Wanneer ik nu zweeg, zo zou ik den geest geven.

dutch@Job:13:20 @ Alleenlijk doe twee dingen niet met mij; dan zal ik mij van Uw aangezicht niet verbergen.

dutch@Job:13:21 @ Doe Uw hand verre van op mij, en Uw verschrikking make mij niet verbaasd.

dutch@Job:13:22 @ Roep dan, en ik zal antwoorden; of ik zal spreken, en geef mij antwoord.

dutch@Job:13:23 @ Hoeveel misdaden en zonden heb ik? Maak mijn overtreding en mijn zonden mij bekend.

dutch@Job:13:24 @ Waarom verbergt Gij Uw aangezicht, en houdt mij voor Uw vijand?

dutch@Job:13:25 @ Zult Gij een gedreven blad verbrijzelen, en zult Gij een drogen stoppel vervolgen?

dutch@Job:13:26 @ Want Gij schrijft tegen mij bittere dingen; en Gij doet mij erven de misdaden mijner jonkheid.

dutch@Job:13:27 @ Gij legt ook mijn voeten in den stok, en neemt waar al mijn paden; Gij drukt U in de wortelen mijner voeten,

dutch@Job:13:28 @ En hij veroudert als een verrotting, als een kleed, dat de mot opeet.

dutch@Job:14:1 @ De mens, van een vrouw geboren, is kort van dagen, en zat van onrust.

dutch@Job:14:2 @ Hij komt voort als een bloem, en wordt afgesneden; ook vlucht hij als een schaduw, en bestaat niet.

dutch@Job:14:3 @ Nog doet Gij Uw ogen over zulk een open; en Gij betrekt mij in het gericht met U.

dutch@Job:14:4 @ Wie zal een reine geven uit den onreine? Niet een.

dutch@Job:14:5 @ Dewijl zijn dagen bestemd zijn, het getal zijner maanden bij U is, en Gij zijn bepalingen gemaakt hebt, die hij niet overgaan zal;

dutch@Job:14:6 @ Wend U van hem af, dat hij rust hebbe, totdat hij als een dagloner aan zijn dag een welgevallen hebbe.

dutch@Job:14:7 @ Want voor een boom, als hij afgehouwen wordt, is er verwachting, dat hij zich nog zal veranderen, en zijn scheut niet zal ophouden.

dutch@Job:14:8 @ Indien zijn wortel in de aarde veroudert, en zijn stam in het stof versterft;

dutch@Job:14:9 @ Hij zal van den reuk der wateren weder uitspruiten, en zal een tak maken, gelijk een plant.

dutch@Job:14:10 @ Maar een man sterft, als hij verzwakt is, en de mens geeft den geest, waar is hij dan?

dutch@Job:14:11 @ De wateren verlopen uit een meer, en een rivier droogt uit en verdort;

dutch@Job:14:12 @ Alzo ligt de mens neder, en staat niet op; totdat de hemelen niet meer zijn, zullen zij niet opwaken, noch uit hun slaap opgewekt worden.

dutch@Job:14:13 @ Och, of Gij mij in het graf verstaakt, mij verborgt, totdat Uw toorn zich afkeerde; dat Gij mij een bepaling steldet, en mijner gedachtig waart!

dutch@Job:14:14 @ Als een man gestorven is, zal hij weder leven? Ik zou al de dagen mijns strijds hopen, totdat mijn verandering komen zou.

dutch@Job:14:15 @ Dat Gij zoudt roepen, en ik U zou antwoorden, dat Gij tot het werk Uwer handen zoudt begerig zijn.

dutch@Job:14:16 @ Maar nu telt Gij mijn treden; Gij bewaart mij niet om mijner zonden wil.

dutch@Job:14:17 @ Mijn overtreding is in een bundeltje verzegeld, en Gij pakt mijn ongerechtigheid opeen.

dutch@Job:14:18 @ En voorwaar, een berg vallende vergaat, en een rots wordt versteld uit haar plaats;

dutch@Job:14:19 @ De wateren vermalen de stenen, het stof der aarde overstelpt het gewas, dat van zelf daaruit voortkomt; alzo verderft Gij de verwachting des mensen.

dutch@Job:14:20 @ Gij overweldigt hem in eeuwigheid, en hij gaat heen; veranderende zijn gelaat, zo zendt Gij hem weg.

dutch@Job:14:21 @ Zijn kinderen komen tot eer, en hij weet het niet; of zij worden klein, en hij let niet op hen.

dutch@Job:14:22 @ Maar zijn vlees, nog aan hem zijnde, heeft smart; en zijn ziel, in hem zijnde, heeft rouw.

dutch@Job:15:1 @ Toen antwoordde Elifaz, de Themaniet, en zeide:


Seeker Overlay: Off On

[BookofJob] [Job:11] [Job:12-14 ] [Job:13] [Discuss] Tag Job:12-14 [Audio][Presentation]
Bible:
Bible:
Book: