dutch - Matthew:19:1-12

dutch@Matthew:19:1 @ Want het Koninkrijk der hemelen is gelijk een heer des huizes, die met den morgenstond uitging, om arbeiders te huren in zijn wijngaard.

dutch@Matthew:19:2 @ En als hij met de arbeiders eens geworden was, voor een penning des daags, zond hij hen heen in zijn wijngaard.

dutch@Matthew:19:3 @ En uitgegaan zijnde omtrent de derde ure, zag hij anderen, ledig staande op de markt.

dutch@Matthew:19:4 @ En hij zeide tot dezelve: Gaat ook gij heen in den wijngaard, en zo wat recht is, zal ik u geven. En zij gingen.

dutch@Matthew:19:5 @ Wederom uitgegaan zijnde omtrent de zesde en negende ure, deed hij desgelijks.

dutch@Matthew:19:6 @ En uitgegaan zijnde omtrent de elfde ure, vond hij anderen ledig staande, en zeide tot hen: Wat staat gij hier den gehele dag ledig?

dutch@Matthew:19:7 @ Zij zeiden tot hem: Omdat ons niemand gehuurd heeft. Hij zeide tot hen: Gaat ook gij heen in den wijngaard, en zo wat recht is, zult gij ontvangen.

dutch@Matthew:19:8 @ Als het nu avond geworden was, zeide de heer des wijngaards, tot zijn rentmeester: Roep de arbeiders, en geef hun het loon, beginnende van de laatsten tot deeersten.

dutch@Matthew:19:9 @ En als zij kwamen, die ter elfder ure gehuurd waren, ontvingen zij ieder een penning.

dutch@Matthew:19:10 @ En de eersten komende, meenden, dat zij meer ontvangen zouden; en zij zelven ontvingen ook elk een penning.

dutch@Matthew:19:11 @ En dien ontvangen hebbende, murmureerden zij tegen den heer des huizes,

dutch@Matthew:19:12 @ Zeggende: Deze laatsten hebben maar een uur gearbeid, en gij hebt ze ons gelijk gemaakt, die den last des daags en de hitte gedragen hebben.